Uitgaven aan lange vakanties stijgen met 500 miljoen sinds 2002
In 2005 hebben Nederlanders in totaal 12,8 miljard euro uitgegeven aan vakanties, waarvan 11,3 miljard euro aan lange vakanties. De totale uitgaven aan vakanties zijn de laatste jaren constant. Wel zijn sinds 2002 de uitgaven aan lange vakanties met 500 miljoen euro gestegen, ten koste van korte vakanties.
In Spanje wordt het meest uitgegeven
In 2005 gaven Nederlanders 11,3 miljard euro uit aan lange vakanties. In 2002 gaf men hieraan 10,8 miljard euro uit.
Van de uitgaven voor lange vakanties werd 85 procent in het buitenland besteed. De Nederlandse vakantiegangers gaven in 2005 relatief veel geld uit aan buitenlandse vakanties naar Spanje en Frankrijk: respectievelijk 1,2 miljard en 1,1 miljard euro.
Alleenstaanden geven meest uit aan vakanties
Alleenstaande vakantiegangers gaven in 2005 met gemiddeld 890 euro het meest uit per lange buitenlandse vakantie. Ook personen in huishoudens met uitsluitend meerderjarigen gaven relatief veel vakantiegeld uit (801 euro per persoon). Personen in huishoudens met kleine kinderen hebben met gemiddeld 440 euro per persoon het minst besteed per lange buitenlandse vakantie.
Hoge inkomens besteden meer vakantiegeld dan lagere inkomens
Vakantiegangers met een bruto huishoudinkomen van minder dan 23 duizend euro per jaar geven per lange buitenlandse vakantie gemiddeld 619 euro uit. Bij de huishoudens met een jaarinkomen van 56 duizend euro of meer is dit gemiddeld 779 euro. Hoe hoger het huishoudinkomen, hoe meer men besteedt aan lange vakanties in het buitenland.
Stedelingen geven meer uit aan vakanties dan plattelandbewoners
Vakantiegangers uit een grote stad geven per lange buitenlandse vakantie gemiddeld 750 euro uit. Voor vakantiegangers uit kleinere gemeenten ligt dit bedrag ongeveer 100 euro lager. Als rekening wordt gehouden met het hogere percentage alleenstaanden in de grote stad, worden de verschillen in vakantie-uitgaven tussen reizigers uit grotere en kleinere gemeenten kleiner.
Bron: CBS